Historie

Omstreeks 1930 besloten een aantal jongelui om onderling tegen elkaar te gaan voetballen bij Groot Zevert (Fruchtman) in een weiland (met een boom in het midden van het “veld”) .Voor een kwartje werd een eivormige bal gekocht en wat later werden van de spaarcenten voetbalschoenen gekocht. Deze schoenen hadden een stalen neus en spijkers als noppen. 

Na een tijdlang zo onderling tegen elkaar gevoetbald te hebben werd in 1932 besloten een Beltrumse vereniging op te richten, en lid te worden van de Bond zodat zij ook tegen andere omliggende katholieke plaatsen konden voetballen. Er werd een bestuur samengesteld uit de volgende personen: J. Hofstede, H. Bouwmeesters, H. Ribbers en T. te Broeke. 

Men had in die tijd Van der Horst als pastoor in Beltrum. Deze wilde van het voetbal niets weten en er werden door hem zelfs enkele “preken aan het voetbal gewijd. Zondagmiddag diende men naar het Lof te gaan en voetballen in korte broeken was onzedelijk. Maar deze jongelui, toen provo’s of uitschot van Beltrum genoemd, waren niet tot andere gedachten te brengen. Een vereniging werd opgericht en een naam kwam er ook, wat bepaald niet gemakkelijk was. Er diende een keuze gemaakt te worden tussen TOP (Tot Ons Plezier of Tegen Onze Pastoor) of VlOS (Voetballen Is Onze Sport). Uiteindelijk werd het V.I.O.S. (wat later betekende Vooruit Is Ons Streven) en de vereniging was opgericht met als oprichtingsdatum 18 april 1932.

Het eerste VIOS-elftal:

Staand van links naar rechts: B. Pierik, F. Eefting, J. te Loeke, J. Hofstede, H. Pierik, A. Elshof, B. Hofstede, J. Ribbers, H. Bouwmeesters. Zittend van links naar rechts: P. Brusselaars, H. Ribbers, W. Zemann.
 
Lid worden van de Bond kon toen nog niet want daarvoor was er een Geestelijk Adviseur nodig. Pastoor Van der Horst gaf geen toestemming en daarop werd er bij Teun te Broeke in de bakkerij besloten een brief naar het Bisdom Utrecht te schrijven vergezeld van een 50 tot 60 handtekeningen. Er kwam een brief terug waarin de pastoor in het ongelijk werd gesteld. Uiteindelijk stelde kapelaan Colet, die zelf ook voetbalde, zich beschikbaar als Geestelijk Adviseur en zodoende werd V.I.O.S. in 1935 lid van de R.K. Utrechtse Voetbalbond. Het aantal leden bedroeg op dat moment 32 zodat er 2 elftallen ingeschreven werden.

Voor die tijd had het voetbal niet stilgelegen. Er werd deelgenomen aan seriewedstrijden te Groenlo georganiseerd door Blauw Wit en er werd zelfs een finale tegen Trekvogels winnend met 2-1 afgesloten. Een goed veld en kleedgelegenheid was destijds een probleem. Het veld was hobbelig en door de week graasden de koeien erop. De terreinknecht had handen vol werk om de uitwerpselen van de koeien te verwijderen, en elke week diende er lijnen getrokken te worden van zaagsel. Goals waren ook niet altijd compleet, maar vanaf 1934 toen een weiland in gebruik werd genomen beschikte V.I.O.S. over goals met doellatten. Om ook onder natte weersomstandigheden te kunnen voetballen werd het veld in 1937 gedraineerd met takkenbossen. Geld voor een kleedgelegenheid was er niet. Veelal kleedde men zich om onder een boom of achter een toevallig aanwezige heg.

Tijdens de wedstrijden stond er geen publiek langs de lijn want dat mocht niet van de pastoor. Het wel aanwezige publiek stond vaak verscholen achter een heg of zoals Tone van de Köster die in de heg stond en schreeuwde: “Trap ze de darmen oet het gat”.

Tijdens de oorlog was het niet mogelijk om in het openbaar voetbalwedstrijden te spelen, maar toch werden er in 1943 enkele wedstrijden georganiseerd tussen V.I.O.S., onderduikers en vluchtelingen. Vanaf de bevrijding in 1945 werd er weer regelmatig gevoetbald bij Heenkamp aan de Dorpsstraat met o.a. een wedstrijd tegen de Engelse militairen. Vanaf dat moment werd V.I.O.S. lid van de K.N.V.B. afdeling Gelderland, en speelde in de 1ste klasse.

Ook na de oorlog bleef een permanent voetbalveld een probleem. Tot 1941 bleef men voetballen op het terrein bij Heenkamp. Vervolgens werd uitgeweken naar grond van Huinink en Maarse van de Avesterweg. Van deze gronden werd een speelveld gemaakt totdat in 1953 Maarse de grond nodig had. Hierna werd uitgeweken naar een terrein bij Smit-Nahuis achter het dennenbos aan de Avesterweg. Geld voor een kleedaccommodatie was er niet.

Ondertussen was in 1952 de heren gymnastiekvereniging opgericht en op 30 januari 1953 besloten de voetbal- en gymnastiekvereniging de Sportcentrale V.I.O.S. in het leven te roepen. De bedoeling hiervan was de sportbelangen in Beltrum te bundelen en nieuwe takken van sport te stimuleren. Nadat deze Sportcentrale besprekingen waren gevoerd met de Ruilverkavelingscommissie, Gemeentebestuur,
Heidemaatschappij en A.G.J. Huinink werd besloten om 2 speelvelden aan te leggen en te huren aan de Avesterweg. Deze velden werden op 3 augustus 1958 feestelijk in gebruik genomen.

Het egaliseren, draineren en het maken van doelen en omheining (waaronder het maken van 100 betonpalen) plus diverse andere werkzaamheden werd door de leden zelf verricht. Ook het kleedlokaal, welke op 17 september 1961 geopend werd, werd door de leden zelf gebouwd. De financiële middelen hiervoor waren bijeen gebracht door allerlei acties; Fancy Fair, toneelavonden en uitgifte van schuldbekentenissen waarvan elk jaar een deel uitgeloot werd.

In 1965 was het ledental dusdanig gegroeid dat een 3e speelveld (terrein Tank) werd aangelegd. Enkele jaren later werden er plannen gemaakt om het kleedlokaal te vernieuwen en uit te breiden. Deze werkzaamheden, waarna V.I.O.S. voor het eerst over warme douches beschikte, werd ‘grotendeels door de leden in samenwerking met Beltrumse aannemers verricht. Het kleedlokaal werd heropend op 21 juni 1970.

In juni 1972 waren een 15-tal dames van mening dat voet bal in Beltrum niet alleen een heren aangelegenheid was. Deze dames namen met één team deel aan de competitie in de 2e klasse. Mede door het oprichten van het damesvoetbal steeg het ledental en ook het aantal teams dat in competitieverband speelde. Met de aanvang van het seizoen 1977-1978 bereikte de afdeling Voetbal het hoogste ledental nl. 432. als volgt verdeeld: 2 dames-. 10 senioren-, en II jeugdelftallen.

De behoefte aan sportvelden werd door het groeiende ledental steeds groter, zodat het bestuur van de Sport- centrale V.I.O.S. bij de gemeente aan de deur moest kloppen voor 2 extra velden en renovatie van het hoofdterrein en het 2de terrein (terrein Tank). De gemeente- terreinen werden in 1976 in gebruik genomen, waarna achtereenvolgens het oude hoofdterrein en het terrein “Tank” onderhanden genomen werden. In 1980 waren alle plannen gerealiseerd zodat het sportpark “de Sonders” 28 september 1980 officieel door de Wethouder van Sportzaken in Eibergen, toen J. Reesink, geopend werd.

Meer historie? Bekijk ook het overzicht ‘Van toen tot nu’ en de ‘Eregallerij’ met een overzicht van ‘bijzondere leden’ en ‘elftallen’.